Een op de zes Nederlandse jongeren tot en met zeventien jaar kampt met overgewicht, waarvan 3,5 procent zelfs ernstig overgewicht heeft. Deze zorgwekkende cijfers laten een significante stijging van overgewicht zien onder middelbare scholieren gedurende de afgelopen dertig jaar. De vraag die rijst is: hoe komt dit en wat kunnen we doen om deze trend aan te pakken? Volgens twee deskundigen ligt zowel de oorzaak als de oplossing niet uitsluitend bij ouders.
Een alarmerend feit is dat slechts 1 procent van de zeven- tot achttienjarigen voldoet aan de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid van minimaal 150 gram groente. Bovendien slaagt slechts 5 procent van deze leeftijdsgroep erin om de aanbevolen hoeveelheid van 150 gram fruit binnen te krijgen, zo meldt Jaap Seidell, voedingswetenschapper aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Het blijkt vaak een uitdaging voor ouders om kinderen te motiveren om voldoende groenten te eten.
Volgens Seidell is dit begrijpelijk. “Kinderen hebben van nature een voorkeur voor zoete en vette voedingsmiddelen. Ze groeien snel en hebben veel energie nodig. In de natuur komen vet en zoet voedsel niet van nature voor, maar we zijn geprogrammeerd om het te eten als het beschikbaar is.”
Onze leefomgeving is de afgelopen jaren drastisch veranderd. Hoewel we ons vaak bewust zijn van wat gezond is en wat niet, betekent dit niet automatisch dat we alle verleidingen kunnen weerstaan. “Ons brein is niet snel genoeg geëvolueerd om gelijke tred te houden met de obesogene omgeving die is ontstaan”, aldus Liesbeth Velema, expert voedsel en gedrag bij het Voedingscentrum. Een obesogene omgeving is een omgeving die mensen aanzet tot overmatig eten en tegelijkertijd weinig bewegen.